Ik promoveerde op 15 mei 2003 in de Senaatskamer. Je neemt plaats tegenover de oppositie, maar ook tegenover Scaliger. In je linkerooghoek zie je Bolland. Publiek in de rug. Je mag van je promotor geen grappen maken, ‘want het is een serieuze aangelegenheid, en je weet niet of een grap goed valt.’ Dan begint de eerste opponent over een passage die ik onlangs nog met studenten had gelezen, waarbij ik een grap had gemaakt die de studenten leuk vonden. Dus ik herhaal die reeds uitgeteste grap. Gebulder in mijn rug. Alle spanning weg. Promoveren doe je in Leiden in de Senaatskamer.